Mogelijk was het omwille van een lapsus van Vlaams minister voor Erfgoed Matthias Diependaele toen hij op 15 oktober jl. zijn goedkeuring van het restauratiedossier van het Brouwershuis aankondigde, maar hier en daar wordt al wel eens de naam ‘Adriaan Brouwershuis’ in de mond of de pen genomen.
De in 1604 in Oudenaarde geboren Adriaen Brouwer deed inderdaad zijn naam alle eer aan als genreschilder van kroegtaferelen. In 1631 kwam hij in Antwerpen aan, waar hij in 1638 overleed. Zijn enige Antwerpse bekende verblijfplaats was de Citadel, waar hij een tijd gevangen werd gezet voor spionage (hij had in het Noord-Nederlandse Haarlem gewoond) of belastingschulden. De straat die naar hem werd genoemd en waar zich ook de ingang van het Brouwershuis bevindt, heette in de tijd van Gilbert van Schoonbeke de ‘Groote Middelstrate’, daarna de ‘Breestrate’ en vanaf 1694 ‘Brouwersstraat’. Pas in 1936 werd de huidige naam ingevoerd.